Vragen? Neem contact met ons op! Inmiddels is er weer voldoende voorraad aan 1-fase warmtepompen. Alleen voor de 3-fase warmtepompen en warmtepompboilers geldt nog een langere levertijd.
Installeren van de boiler
Als de boiler op de juiste plaats geplaatst is, kunnen de CV, de waterleidingen en de toebehoren worden aangesloten. In het voorbeeld op deze pagina gaan we uit van een Inventum Maxtank HPB 200. Voor het plaatsen van de fittingen moet uiteraard gebruik worden gemaakt van teflon tape of een ander afdichtmiddel zoals Loctite 55.
CV aansluitingen
De CV aansluitingen hebben de maat 1” en kunnen met meerlagenbuis worden aangesloten door een 1” / 20 mm verloopperskoppeling of met dunwandige buis met een knelkoppeling van 1” / 22 mm. Het is aan te raden om ter hoogte van de bovenste aansluiting een ontluchter te plaatsen.
Wateraansluitingen
De wateraansluitingen hebben de maat 3/4” en kunnen met een verloopperskoppeling op meerlagenbuis worden aangesloten of met een verloopknelkoppeling op een koperen buis. Voor waterleidingen is de maat 16 mm voor meerlagenbuis en 15 mm voor koperen buis het meest gebruikelijk. Aan de bovenzijde bij de uitvoer van het warme water, kan eventueel een ontluchter geplaatst worden.
Op de boiler is ook een aansluiting voor een recirculatieleiding aanwezig. Een recirculatieleiding wordt alleen gebruikt bij lange warmwateraansluitingen waarbij het warm water permanent wordt rondgecirculeerd zodat bij de aftappunten snel gebruik van warm water kan worden gemaakt. Voor woonhuizen wordt deze aansluiting bijna nooit gebruikt en kan daarom afgedopt worden met een 3/4” dop.

Toebehoren
De inlaatcombinatie moet aan de koude zijde van de wateraansluiting geplaatst worden. Omdat water uitzet tijdens het opwarmen, moet een klein deel van het water afgevoerd worden om de druk in de boiler niet te hoog te laten worden. In de praktijk is dit meestal minder dan 1 liter per dag. De inlaatcombinatie wordt bij een afvoer geplaatst zodat het water kan worden afgevoerd.
De boiler heeft twee aansluitingen voor een dompelbuis met de maat 1/2”. In principe hoeft maar één van de twee gebruikt te worden en kan de andere afgedopt worden met een 1/2” dop. Normaal gesproken wordt de bovenste aansluiting gebruikt voor het aansluiten van de boilersensor. Deze sensor wordt in het dompelbuisje geschoven om de temperatuur van de boiler te meten. Voor de tweede aansluiting kan ook gekozen worden om nog een dompelbuisje te plaatsen in plaats van deze af te doppen. Deze kan dan gebruikt worden om een extra temperatuursensor aan te sluiten voor monitoringsdoeleinden.
Optioneel kan er een verwarmingselement in de boiler geplaatst worden die gebruikt kan worden als de cv installatie niet beschikbaar is. Hiervoor moet de 1 1/2” dop verwijderd worden en de verwarmingselement op deze plaats gemonteerd worden.
